Ik ben natuur

Ik ben natuur

Verslag Systemische Werkplaats Onderwijs 21 mei 2025

Als je iets uit elkaar haalt, dat bij elkaar hoort, dan krijg je: verwarring, verlies van kracht en energie, is er geen verbinding, adoreert ‘ik’ iets buiten zichzelf, gaat ‘zijn’ doen, kan ‘wij’ haar plek niet vinden, ontstaat er ongemak en ongeduld, wordt er hard gewerkt om betekenis te geven, ziet iedereen iets anders en vragen mensen zich af wat ze moeten doen. 

Alsof we met deze beschrijving de huidige tijd beschrijven … Het is wat we hebben gezien tijdens de Systemische Werkplaats Onderwijs van 21 mei 2025, toen we de zin ‘Ik ben natuur’ hebben opgesteld.  

‘Ik ben natuur’ is een waarheid die niet is op te knippen in losse elementen. Het is een ervaring die nederig maakt. Het raakt aan een kracht en waarheid die veel groter is dan wij mensen zijn. Een kracht die ook niet in één persoon voortdurend te omvatten lijkt. Als wij als mens wezenlijke verbindingen verbreken – denk aan de verbinding met de natuur, de ander en ons Zelf – en daarmee de grotere krachten niet eren, creëren we wat we hierboven beschrijven. Het wordt zwaar en onbestemd, als er geen ruimte is voor het leven zelf. 

‘Ik ben natuur’ in relatie tot onderwijs
Met het inzicht dat ‘ik ben natuur’ niet uit elkaar te halen is en dus één element is, gaan we opnieuw het onderzoek aan. Wat wordt er zichtbaar als we ik ben natuur en onderwijs samenbrengen in de ruimte?  

Ik ben natuur gaat midden in de ruimte staan en er ontstaat meteen een veld dat tot ver buiten de ruimte reikt, als een diepgewortelde boom, heel stevig. Onderwijs gaat op een stoel staan en voelt zich groot(s), kijkt neer op iedereen in de ruimte, ook op ik ben natuur. Zij is aanwezig in het hoofd, niet in staat om te voelen en is ook niet gegrond. Ze maakt geen contact met haar omgeving. 

Voor ik ben natuur is het voelbaar hoe onderwijs zichzelf groot maakt. Er is een innerlijk weten dat deze situatie niet klopt, tegelijkertijd ‘is’ ik ben natuur.  

Een kind wil in de opstelling komen en zoekt verbinding met het onderwijs. Dat lukt niet. Ze staat naast onderwijs te staan en geeft aan dat ze zich gevangen gehouden voelt. Ik ben natuur verliest ondertussen steeds meer energie en voelt steeds levenlozer aan.  

Dan komt er een ander kind al huppelend de opstelling in met de wens om te spelen. Ze huppelt tussen de elementen door en brengt daarmee leven in de opstelling. Ik ben natuur voelt het leven in zichzelf terugkomen. 

Ander kind gaat samen met kind naast het onderwijs staan en samen strekken ze uitnodigend hun handen naar onderwijs om contact te maken. Onderwijs ontdooit hiervan en zegt: “Ik heb zelf ook nog een kind in me.” Na enige aarzelen stapt onderwijs van de stoel af. Daar gaat een intern proces aan vooraf: door de kinderen ziet onderwijs opeens alle toeschouwers die streng, kritisch en beoordelend kijken. “Wees mild voor me”, vraagt onderwijs. Ze schaamt zich. 

Nadat onderwijs van de stoel is gestapt, gaat onderwijs bij ik ben natuur staan en buigt langzaam het hoofd, ook nu is de schaamte nog voelbaar. “Dit vraagt om innerlijke heling”, zegt onderwijs

Lees verder onder de afbeelding. Bron afbeelding: https://scuolearon.com/wood-wide-web/

Wat er aan de opstellingen voorafging 
“Welkom aan iedereen”. Met deze zin openen we de Systemische Werkplaats Onderwijs van 21 mei. We zijn met 11 mensen aanwezig en we nemen de deelnemers mee in de oorsprong en geschiedenis van de Werkplaats. Eigenlijk is dit de vaste structuur. Enthousiast vertellen we over de trilogie van dit jaar en dat deze avond de laatste is.  

Om te landen vragen we iedereen naar de naam en hoe je er nu bij zit. Opvallend is dat in deze ronde al veel lijfelijke waarnemingen zijn: gerommel in de buik, pijn aan de zijkant van de keel. Terwijl we dit zo met elkaar delen, wordt steeds meer voelbaar dat de ruimte gevuld is met veel meer dan wij alleen, met mensen en hulpbronnen die er voor ons beschikbaar zijn. Kippenvel, we zijn begonnen en toch…. 

Als we vragen naar wie representant wil zijn van ‘ik’ ‘ben’ en ‘natuur’ is er lang aarzelen. Ook de begeleider laat langer op zich wachten dan normaal, met een schroom om in te stappen in dit veld. Alsof we met elkaar aanvoelen dat dit – het samen zijn in dit grote veld het al is. Het is rijk, waardevol, helend. 

Toch stappen, na aarzelingen, de representanten in. Waarbij we ook de suggestie uit de check-in meenemen om de zin ‘Wij zijn natuur” op te stellen. Wij en zijn komen later ook als element in de eerste opstelling. Vanaf het begin was duidelijk dat we met een groot ‘veld’ te maken hebben. Bij de nabespreking komen we stellen we samen vast dat we de aarzeling serieus hadden mogen nemen en hadden mogen onderzoeken wat dat te betekenen had. Een mooie herinnering aan het serieus nemen van de wijsheid van ons lichaam, dat in verbinding staat met een groter geheel.